De dorsploeg trok de hele dag een breed publiek, dat misschien dit jaar wel meer aandacht had voor hun arbeid op de Ködel & Bohm dorskast. Aansluitend kon er geslenterd worden langs de oude werkpaarden van vele soorten, jaargangen en maten, die in een ronding waren opgesteld op het buurterrein. Met in het middelpunt als blikvanger een klassieke grondboorinstallatie. Het fraaie van de rondgang is dat bij vragen over de techniek en arbeid die de agrarische machines moesten uitvoeren, de antwoorden spontaan konden worden gegeven door andere bezoekers die generatiegenoten zijn van de tractoren “doarveur mos alles nog met ’t peard”.

Het mooie van de liefhebbers van klassieke machines is dat ze er zelf vaak één bezitten in de vorm van een auto, motor of bromfiets. Niemand was direct gevraagd of uitgenodigd, maar op de oproep om voor het ‘Brommers kiek’n’ de oude tweewieler mee te nemen was zeer goed gehoor gegeven. Naast de bromfietsen en solexen kwamen andere bezoekers met oude motoren, hadden de racemotor zelfs bij zich op de kar of kwamen met een fraaie klassieke Rolls Royce auto het festijn in Basse bezoeken. Zij konden allemaal bijpraten op het grote terras bij ’t Buurthuus. Het was de gehele dag een komen en gaan van fraaie tweewielers, waarmee het een dynamische tentoonstelling werd voor alle bezoekers die genoten van een heerlijke dag in de zon. Je voelde toch een beetje de sfeer van de TT Basse en daarmee een zeer geslaagd alternatief, aldus de aanwezigen.

'Je voelde toch een beetje de sfeer van de TT Basse '